Afzonderlijke USB-apparaten uitsluiten van toegangsbeheer

In het deelvenster voor het beschermingsschema kunt u de afzonderlijke USB-apparaten of USB-apparaatmodellen opgeven die u wilt uitsluiten van het toegangsbeheer. Daardoor wordt toegang tot die apparaten toegestaan, ongeacht de toegangsinstellingen van het apparaatbeheer.

Een USB-apparaat uitsluiten van toegangsbeheer

  1. Open het deelvenster voor het beschermingsschema en schakel apparaatbeheer in dat schema in (zie stappen om apparaatbeheer in of uit te schakelen).
  2. Klik op het pijltje naast de schakelaar Apparaatbeheer om de instellingen uit te breiden en klik vervolgens op de link naast Acceptatielijst voor USB-apparaten.
  3. Op de pagina voor het beheer van de acceptatielijst die wordt weergegeven, klikt u op Toevoegen vanuit database.
  4. Op de pagina voor het selecteren van USB-apparaten die wordt weergegeven, selecteert u de gewenste apparaten die zijn geregistreerd in de database van USB-apparaten.
  5. Klik op de knop Toevoegen aan acceptatielijst.

Een USB-apparaat niet meer uitsluiten van toegangsbeheer

  1. Open het deelvenster voor het beschermingsschema en schakel apparaatbeheer in dat schema in (zie stappen om apparaatbeheer in of uit te schakelen).
  2. Klik op het pijltje naast de schakelaar Apparaatbeheer om de instellingen uit te breiden en klik vervolgens op de link naast Acceptatielijst voor USB-apparaten.
  3. Op de pagina voor het beheer van de acceptatielijst die wordt weergegeven, klikt u op het pictogram Verwijderen aan het einde van het lijstitem voor het gewenste USB-apparaat.