Cloudinfrastructuur
De cloudnetwerkinfrastructuur bestaat uit de VPN-gateway op de cloudsite en cloudnetwerken waarmee de herstelservers worden verbonden.
Als u een beschermingsschema voor noodherstel toepast, wordt alleen een cloudnetwerkinfrastructuur gemaakt als dit niet bestaat. Bestaande cloudnetwerken worden niet gewijzigd of opnieuw gemaakt.
De IP-adressen van apparaten worden gecontroleerd en worden automatisch geschikte cloudnetwerken gemaakt als er geen bestaande cloudnetwerken zijn die passen bij een IP-adres. Als u al bestaande cloudnetwerken hebt die passen bij de IP-adressen van de herstelservers, dan worden de bestaande cloudnetwerken niet gewijzigd of opnieuw gemaakt.
- Als u geen bestaande cloudnetwerken hebt of als u voor het eerst een configuratie voor noodherstel instelt, worden de cloudnetwerken gemaakt met maximale bereiken, zoals door IANA aanbevolen voor privégebruik (10.0.0.0/8, 172.16.0.0/12, 192.168.0.0/16), op basis van het IP-adresbereik van uw apparaten. U kunt uw netwerk verfijnen door het netwerkmasker te bewerken.
- Als u apparaten in meerdere lokale netwerken hebt, kan het netwerk op de cloudsite een superset van de lokale netwerken worden. U kunt netwerken opnieuw configureren in het gedeelte Connectiviteit. Zie Netwerken beheren.
- Als u site-to-site OpenVPN-connectiviteit wilt instellen, downloadt u de VPN-toepassing en stelt u deze in. Zie Site-to-site Open VPN configureren. Controleer of het bereik van uw cloudnetwerken overeenkomt met het bereik van uw lokale netwerk dat is aangesloten op de VPN-toepassing.
- Als u de standaardconfiguratie van het netwerk wilt wijzigen, klikt u op de link Ga naar connectiviteit in de module Noodherstel van het beschermingsschema of gaat u naar Noodherstel > Connectiviteit.